Overijssel

De SP en Natuur en Milieu Overijssel (NMO) delen veel actiepunten als het gaat om de natuur in de provincie de komende vier jaar. Dit bleek dinsdag bij een bijeenkomst op uitnodiging van het platform. Voor de Statenverkiezingen van 7 maart 2007 heeft NMO een rapport gepresenteerd met hun visie voor de komende Statenperiode. De SP staat op het punt haar conceptprogramma te presenteren en was ook vanuit dat oogpunt een en al oor.

NMO is naar eigen zeggen ‘de spin in het web van natuur- en milieuorganisaties in de provincie.’ Zij streeft naar een goed milieu voor mens en natuur en is het provinciale samenwerkingsverband van meer dan tachtig vrijwilligersorganisaties. In aanloop van de verkiezingen hebben ze de drie grote partijen in de Staten apart uitgenodigd, en de overige partijen gezamenlijk. Alleen de SP en LPF kwamen dinsdag in Zwolle op die uitnodiging af.

Met een warme kop soep en broodjes werden fractievoorzitter Düzgün Yildirim en Joris de Koning (namens SP-afdeling Zwolle) verwelkomt door NMO-directeur Jan de Vrieze en Marijke Wester, die zich bezighoudt met educatie en voorlichting. De Vrieze legde voorzichtig uit waar de bijeenkomst precies voor was en liet doorschemeren wellicht de verkiezingsprogramma’s van de partijen nog te willen beïnvloeden. Yildirim liet weten dat dit zeker nog mogelijk was. Volgende week wordt namelijk het conceptprogramma van de SP naar verschillende maatschappelijke organisaties gestuurd voor opmerkingen en kritiek. Zo hoopt de partij een zo realistisch mogelijk programma samen te kunnen stellen.

NMO-directeur Jan de Vrieze

Na een wat algemeen gesprek en een eerste blik op het rapport van NMO verklaart Yildirim dat ‘alle punten terugkomen in ons programma, wellicht zijn de accenten alleen anders.’ Zo wil NMO bijvoorbeeld zoveel mogelijk mensen overtuigen per fiets of OV te reizen, meer groen bewerkstelligen in steden, biologische landbouw stimuleren en meer schone energie produceren. Een ander punt is dat de overheid zelf het goede voorbeeld moet geven met schone energie, door al haar voertuigen te laten rijden op schone brandstoffen (hybride, aardgas). Joris de Koning vertelde trots dat zijn afdeling dit punt begin oktober het landelijke SP-verkiezingsprogramma in heeft weten te sluizen.

Toch was er ook een kritische noot richting NMO. De Koning vond het pleidooi voor meer biologische landbouw een beetje tegenstrijdig met het verschuiven (dus tolereren) van intensieve veehouderij. De Vrieze liet weten hier niet radicaal stelling in te kunnen nemen, waar Yildirim op waarschuwde dat als je al organisatie geen maatschappelijke pressie en invloed uitoefent op projecten, je op een gegeven moment weinig meer bent dan een communicatiebureau van de provincie. Dat werd ook onderstreept toen Yildirim antwoordde of dit gesprek invloed zou hebben op het conceptprogramma. ‘Nee,’ zegt hij resoluut, ‘in de hoofdlijnen zijn we het eens, alleen gaan wij soms verder. We zijn een politieke organisatie, dan durf je natuurlijk meer.’

Het gesprek was ondanks de kritische noten erg nuttig. De banden tussen de politiek en NMO werden zo weer versterkt, en op vrijwel alle onderwerpen zaten de SP en de milieuorganisatie toch op een lijn. Instemmend knikte Yildirim ook wanneer De Vrieze stelde ‘je kan niet drie miljoen passagiers gaan vervoeren bij luchthaven Twente zonder de luchtkwaliteit aan te tasten’ (zoals het CDA graag wil) en ‘de kwaliteit van het openbaar vervoer is dat het er moet zijn wanneer je het nodig hebt, niet dat het alleen rijdt wanneer er genoeg reizigers zijn.’