Overijssel

Komende woensdag 26 maart besluiten Provinciale Staten over de toekomst van het openbaar vervoer. De coalitie van CDA, VVD, CU en SGP stelt voor om te bezuinigen op het aanvullend net en daartoe lijnen te schrappen in het buitengebied maar ook in de stad. De SP verzet zich hiertegen omdat nu op deze manier bezuinigen op het openbaar vervoer op termijn alleen maar leidt tot minder reizigers en dus nog meer exploitatietekorten. Hierin staat de SP niet alleen: de afgelopen weken hebben vele reizigers, gemeenten en chauffeurs hun bezorgdheid laten blijken. Maandag 24 maart biedt het comité Behoud het OV de verzamelde handtekeningen aan aan PS.

In het statenvoorstel wordt het uitgangspunt dat iedere vrijwel iedere inwoner van Overijssel in staat moet zijn zich zelfstandig te verplaatsen, totaal losgelaten. De dichtstbijzijnde halte mag straks best op 5 tot 7 kilometer zijn en als die verder is, moeten kernen gaan bekijken of ze zelf een buurtbus willen gaan rijden. De coalitie gaat er dan gemakshalve vanuit dat mensen inderdaad elke dag 5 à 7 kilometer door weer en wind naar een halte gaan fietsen en als ze dat te zwaar vinden, dat ze dan wel een elektrische fiets gaan kopen. Hiermee wordt het openbaar vervoer dus alleen nog iets voor de mensen die een goede conditie of een goede portemonnee hebben.

SP-Statenlid Marianne Breedijk: “Er zit ook een grote tegenstrijdigheid in het voorstel: de afgelopen jaren hebben opeenvolgende colleges geïnvesteerd in openbaar vervoer, in ketenmobiliteit, in bedrijvigheid in het buitengebied, in verbreding van agrarische bedrijven tot bijvoorbeeld zorgboerderij of bed & breakfast, in toeristische overstappunten en bezoekerscentra, in sociale cohesie en in gezondheid. En nu ineens snijden we een heel belangrijke voorwaarde om van die investeringen een succes te maken - een bereikbaar platteland - weg! Dit is voor ons maar ook voor de mensen die het aangaat volslagen onbegrijpelijk.”

De SP is ook niet voor het simpelweg aanvullen van het tekort dat ontstaan is want de afgelopen jaren is wel gebleken dat we op deze manier de geplande groei van het aantal reizigers niet halen. We moeten daarom het openbaar vervoer zó organiseren dat we die groei wel realiseren. Vanuit de praktijk zijn ons al allerlei suggesties gedaan en de SP wil daarmee aan de slag. Zo wil de SP komen tot een net dat wel fijnmazig is maar in de haarvaten een lagere frequentie kent zodat het buitengebied wel bereikbaar blijft. Ook moet de kwaliteit omhoog door bijvoorbeeld bussen meer voorrang te geven in de stad en Wi-Fi in de bus. En het moet effectiever door de capaciteit meer te laten aansluiten op de vraag. Of door vraag te creëren in de daluren door marktritten of winkelritten te organiseren van het platteland naar de stad of gratis openbaar vervoer voor ouderen.

SP-Statenlid Marianne Breedijk: “Voorwaarde voor meer effectiviteit is wel dat we een goed systeem krijgen om het aantal reizigers te tellen want daar ontbreekt het nu aan. We praten nu over dat er lege bussen rijden terwijl we eigenlijk geen betrouwbare cijfers hebben van hoeveel mensen er nu eigenlijk in de bus zitten. En het beeld dat het college daarvan schetst, komt niet overeen met wat we van de chauffeurs horen. Ook is het nu onduidelijk bij hoeveel reizigers een lijn geschrapt kan worden. Dit geeft veel onzekerheid bij reizigers en gemeenten.”