h

Reactie SP op Coalitieakkoord

20 mei 2015

Reactie SP op Coalitieakkoord

De Statenvergadering van 20 mei stond vooral in het teken van de presenatie van het coalitieakkoord van CDA, VVD, D66 en CU.

De bijdrage van de SP werd gedaan door fractievoorzitter William van den Heuvel en is hieronder te lezen.

Voorzitter,

Wij zijn blij met de open houding die uit het coalitieakkoord spreekt. Er wordt meer ruimte gegeven aan initiatieven van de inwoners van Overijssel en de coalitiepartijen willen open staan voor initiatieven van de oppositiepartijen. Wij zijn zeker van plan om gebruik te maken van deze openheid.

Als we naar de hoofdopgaven in het akkoord kijken, dan missen wij daarin aandacht voor het probleem van de groeiende sociale tweedeling in de samenleving, ook hier in Overijssel. Steeds meer mensen hebben moeite om zich staande te houden. Dit komt onder andere doordat ze geen of onzeker en/ slecht betaald werk hebben, door het tekort aan betaalbare huisvesting en doordat belangrijke voorzieningen voor kwetsbare mensen wegvallen. Wat ons betreft zou dit een aparte hoofdopgave moeten zijn waarmee bij alle beleidsterreinen rekening wordt gehouden.

Wat ons zeer verbaast aan dit coalitieakkoord is dat er al gedetailleerde financiële afspraken zijn gemaakt. Het wordt in het akkoord niet duidelijk gemaakt waarom de genoemde bedragen nodig zijn voor de maatschappelijke opgaven en het rijmt ook niet met de open houding die de coalitie nastreeft.

Bij "Bestuursstijl en kwaliteit bestuur" vinden wij het een goede zaak dat er een provinciale visie komt op de intergemeentelijke samenwerkingsverbanden waar nu een wildgroei dreigt te ontstaan en die de overheid zeker niet dichter bij de mensen zal brengen. Aan de andere kant staan we kritisch tegenover het streven naar een compacte overheid: dit mag niet zover gaan dat belangrijke inhoudelijke kennis verdwijnt uit de organisatie. Niet alleen gaan  de kostenbesparingen dan weer verloren door de groeiende inhuur van externen, de organisatie wordt ook kwetsbaarder doordat er te weinig inhoudelijke kennis is om de externen goed aan te sturen.

Gezien de grote werkloosheid vinden wij het terecht dat het versterken van de regionale economie als belangrijkste opgave wordt benoemd. In het regionale economische beleid missen wij echter een vierde pijler: het bevorderen van de werkgelegenheid voor de vaak lager opgeleide mensen die nu thuis zitten of met onzekere contracten werken. Er dreigt een structureel tekort aan vaste banen voor deze groep te ontstaan. Er wordt wel geïnvesteerd in nieuwe maakindustrie en het opleiden van jongeren. Dit is echter geen oplossing voor de mensen die nu thuis zitten. Het bieden van bij- en omscholing zou helpen maar ook dat is niet voor iedereen een oplossing omdat  niet iedereen het in zich heeft om hoger geschoold te worden.

Gelukkig wordt er wel specifiek aandacht gegeven aan recreatie en toerisme, een sector waar veel lager opgeleide mensen werk kunnen vinden. Positief is ook het voorstel om te investeren in mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. Nu zien we nog te vaak dat er alleen in de kansrijke groepen wordt geïnvesteerd.
De provincie zou het goede voorbeeld kunnen geven door bij aanbestedingen “social return on investment” op te nemen gericht op mensen met afstand tot de arbeidsmarkt.
Wij zijn voor een ondernemingsvriendelijk beleid, maar het blijft nodig dat de overheid regels stelt en handhaaft. Het probleem zit hem vaker in het soort regels en het samenspel van die regels en niet zozeer in het aantal regels. Minder regels op zich zijn dan ook niet de oplossing, we moeten betere regels maken die doelmatig en werkbaar zijn.

De SP onderschrijft het grote belang dat aan de leefomgeving wordt gehecht. We zijn blij met de voornemens om de asbestsanering voortvarend aan te pakken en om een stevigere positie te verwerven voor de bescherming van de ondergrond. Terecht wordt er ook aandacht gevraagd voor het behoud van de voorzieningen op het platteland. Wij vinden daarbij een goed openbaar vervoer een essentieel onderdeel van deze voorzieningen. Dit is ook een belangrijke vestigingsfactor voor het groeiend aantal kleine ondernemingen op het platteland. Laten we ook de voorzieningen van de grotere plaatsen niet vergeten. Hierbij denken wij aan de vele bibliotheken die in hun voortbestaan bedreigd worden door de bezuinigingsopgave waarvoor de gemeenten staan.

Op het terrein van energie en duurzaamheid zal het nog heel moeilijk worden om in 2023 op een aandeel van 20 % duurzame energie te komen. We begrijpen daarom niet dat er 20 Miljoen uit het energiebeleid wordt gehaald. Dit geld moet wat ons betreft behouden blijven voor het energiebeleid. Het zou bijvoorbeeld kunnen worden ingezet voor betere isolatie en verduurzaming van sociale woningen.

Op het gebied van de mobiliteit wordt opnieuw te veel geïnvesteerd in meer asfalt. In plaats daarvan moet er meer worden geïnvesteerd in het verkeersveiliger maken en onderhouden van de wegen die we al hebben, in OV, in fietspaden en in het vergroten van de mogelijkheden voor goederenvervoer over water.
Wij zijn verder voor vernieuwing van de OV-tactiek, maar dan niet vanuit een bezuinigingsdoelstelling maar vanuit een brede discussie met de samenleving over het openbaar vervoer van de toekomst. Zodat we een systeem krijgen dat duurzaam en betaalbaar is en niet een systeem dat door telkens nieuwe bezuinigingen en dus reizigersverlies een zachte dood sterft.  We zouden die discussie ook graag nu al willen starten en niet willen wachten tot we toe zijn aan de discussie over een nieuwe omgevingsvisie.

Bij "Natuur en landbouw" zijn wij blij met de extra aandacht voor Nationale Landschappen en Parken en met de inzet om de duurzaamheid in de Agro & Foodketen te versterken. Wij missen echter een visie op het begrenzen van de voortgaande schaalvergroting en intensivering in de landbouw.

Hoewel het coalitieakkoord zeker positieve elementen bevat is het duidelijk niet ons akkoord. Wij zullen ons daarom vanuit onze oppositierol verzetten tegen de onderdelen waar wij niet mee kunnen instemmen en zo mogelijk met alternatieven komen. Maar hoe dan ook zullen wij ons altijd constructief opstellen en wij hopen samen te kunnen werken met oppositie- én coalitiepartijen.

U bent hier